De Biedermeierstijl mag dan zijn oorsprong hebben in de vroege 19e eeuw, zijn invloed is nu nog steeds voelbaar. Wat ooit begon als een reactie op de overdaad van het Napoleontische tijdperk, groeide uit tot een tijdloze interieurstijl waarin eenvoud, functionaliteit en gezelligheid centraal staan: van de uitvinding van de woonkamer tot slimme, minimalistische meubelontwerpen. Biedermeier legde de basis voor het moderne wonen zoals we dat nu nog steeds kennen. Een tentoonstelling in Wenen belicht de verrassende actualiteit van deze stijl.
De Biedermeierstijl was van grote invloed op Duitsland, Oostenrijk en de Noord-Europese landen. Deze stijl, ontstaan in het eerste kwart van de 19e eeuw, belichaamde de waarden van een nieuwe levenskunst na het Congres van Wenen van 1815, gekenmerkt door een verlangen naar rust en stabiliteit. Er bestond wantrouwen tegenover politiek en men trok zich liever terug in de privékring.
In Centraal-Europa komt de Biedermeierperiode overeen met het ‘Metternich-tijdperk’, genoemd naar de beroemde kanselier van Oostenrijk, Klemens von Metternich (1773-1859). Het was een periode van vrede die direct na het Congres van Wenen in 1815 begon en duurde tot aan de revoluties van 1848. Deze lange periode werd gekenmerkt door een afkeer van het grandioze en het heroïsche en een verlangen naar rust en stabiliteit. De eigen kring, het gezin en de woning stonden voorop. De Biedermeierstijl was hiermee onlosmakelijk verbonden en kan gezien worden als een artistieke uiting daarvan, contrasterend met de pracht en praal van bijvoorbeeld het Franse keizerrijk. De nieuwe eenvoud werd gezien als een politieke en zelfs morele houding.